Leiderschap

Leiderschap

De kleur van het Toezicht

De Inspectie was in haar eindgesprek duidelijk geweest. Veel was op orde, er heerste een fijne sfeer op school en leerlingen en ouders waren tevreden. De rendementen waren in orde en de kwaliteitszorg voldeed nu ook. Maar ze was ontevreden over de wijze waarop in lessen werd omgegaan met de verschillen tussen leerlingen; geen tot bijna geen aandacht (of beleid) voor differentiatie in leerbehoeften, niveau, taligheid en tijd. De Inspectie wenste een plan van aanpak binnen 6 weken en ging in gesprek met het bestuur. Een bezoek ter beoordeling van het verbeterplan werd al aangekondigd.   In het gesprek met het team werden de “geconstateerde gebreken” besproken en werden er suggesties aangedragen die mogelijk een plek zouden kunnen krijgen in het plan van aanpak. Hoe differentieer je bij Nederlands in een vmbo klas met 27 leerlingen, twee niveaus, 13 leerlingen met een lwoo-beschikking, drie met een rugzak, een tiental dat nog graag wil opstromen en een ongemotiveerd 4-tal dat is blijven zitten? Het plan werd gemaakt, het besef was aanwezig en de verbeteracties werden keurig conform de planning uitgevoerd. In april kondigde de Inspectie haar komst aan. Vol vertrouwen werd de dag tegemoet.   De dag verliep zoals was bedacht. Om 17.00 uur schoof de schoolleiding aan bij de inspectie om haar voorlopige bevindingen aan te horen. De Inspectie complimenteerde de schoolleiding met het aangebrachte besef t.a.v. differentiatie in de les en noemde een aantal voorbeelden die ze had gezien en ook waren besproken in het gesprek met een groep docenten. Plots viel het gesprek stil en werd de hoofdinspecteur ernstig. Hij beschreef wat er was gebeurd in de les van Joke Hartog, docent Engels. De hoofinspecteur was haar les binnengekomen toen ze nog moest beginnen. Ze had hem hartelijk ontvangen en de leerlingen uitgelegd wat dhr. van Dinther kwam doen. Hij kreeg een plek toegewezen naast Tom. Toen gebeurde het. Ze vroeg iedereen om de boeken te pakken en hun hesjes aan te doen. Van Dinther zag Tom een geel hesje uit zijn tas halen en over zijn shirt trekken. Alle leerlingen hadden een hesje aan. Gele, groene, rode, blauwe en een jongen met een wit hesje. De les begon. De blauwen moesten verder met hoofdstuk 2, en de rode hesjes kregen bij haar tafel instructie. De witte mocht verder lezen in zijn boek en de groene leerlingen gingen na een oproep van Hartog bij elkaar zitten en werkten verder aan hun project. Na een kwartier moesten de blauwen bij haar komen zitten samen met de jongen in het witte hesje. Van Dinther bleef de hele les en schreef niets op. Vlak voor het eind vroeg Hartog aan Tom of hij voor de volgende les het blauwe hesje wilde meenemen. Hartog schreef voor elke groep het huiswerk op het bord en controleerde de agenda’s van de rode hesjes. De bel ging en ze bedankte Van Dinther. Deze bleef – verrast door wat hem was gepresenteerd – zitten terwijl de leerlingen de les verlieten en Tom dhr. van Dinther gedag zei. Hij wilde Hartog het een en ander vragen, maar die moest naar een ander lokaal voor de volgende les. In de pauze zocht Van Dinther Joke Hartog op. Ze legde hem uit dat de kleuren stonden voor de twee niveaus binnen de groep, de leerlingen met een handelingsplan of bijzondere leerbehoefte en dat het witte hesje stond voor een combinatie van factoren. Hartog vertelde Van Dinther ze deze les in scene had gezet en had gerepeteerd met de leerlingen. Het was begonnen als een klein protest en om in gesprek te komen met de Inspectie. Maar het had haar uiteindelijk ook geholpen om de complexiteit van differentiëren inzichtelijk te maken. Ze is zich nu bewuster van de verschillen in haar lokaal, maar proeft ook dagelijks het onvermogen om “recht te doen aan verschillen”. Hartog: “Ik heb een goede relatie met mijn leerlingen, maar in de meeste klassen moet ik op zoveel verschillen anticiperen dat ik niet verder kom dan een gemene deler van de grootste verschillen. Het lukt ons niet, maar het is wel gewenst!” Tot slot zei Hartog: “Toen ik vanochtend in de personeelskamer het voornemen van de minister las over homoseksualiteit als kerndoel heb ik nog even gezocht naar roze hesjes bij de conciërge, maar ik kon ze niet vinden.

Leiderschap

How to Manage

Eind november zat ik met collega’s in Rotterdam bij de voorstelling How to Manage van het Onafhankelijk Toneel. Een manager raakt verstrikt in de kluwen aan theorieën die organisaties kunnen genezen. Hij worstelt met de verwachtingen van zijn omgeving en de mate waarin hij zelf leiding neemt over zijn leiderschap. Wat volgt is een bombardement aan geprojecteerde management-modellen. De herkenning is soms gênant; zoveel medicijnen voor hetzelfde probleem! De manager in de voorstelling is de narcist in strak pak die oefent voor de spiegel. Hij verliest het uiteindelijk van de beeldvorming en vereenzaamt in zijn leiderschap. De voorstelling is klein en herkenbaar en door het functionele gebruik van beelden en muziek krachtig en confronterend. Het open einde was abrupt en misschien mede daardoor raakten we na afloop in gesprek over het toneelstuk. En met ons tal van bezoekers waaronder vast veel managers. Was het nou goed dat hij verloor van de beeldvorming? We lachten onze gêne over de herkenning weg en vertelden elkaar hoe het wel moest. Hoe geef je nu leiding aan je leiderschap? Het applaus dat jij – de leider – soms ontvangt van een paar docenten als je doorgepakt op een lastig dossier of het indirecte gemor in de personeelskamer, kan je soms uit balans brengen. Het slaat je de regie uit handen, laat je zweven of twijfelen aan je eigen leiderschap. Wie wil je zijn, welke verwachtingen bestaan er en hoe wordt er over je gesproken? Om de verbinding met het toneelstuk te maken zou je kunnen stellen dat de leider zijn rol moet kennen. Hij moet verder kunnen improviseren en waar gewenst verbeteren, en zowel kritiek als applaus op waarde kunnen inschatten. Het kennen en kunnen spelen van je rol is niet nep of onecht, het dient een doel. Maar soms beheers je bepaalde rollen beter dan andere; die zitten dichter bij je kernkwaliteiten. Goede leiding aan leiderschap voorkomt dat je de tekst kwijt bent in je eigen toneelstuk. LS 2017.1

Scroll naar boven